Interoperabiliteit
Nee, nee, nee, “Interoperabiliteit, nu!” is niet een leus die je op een spandoek zet. Toch is het belangrijk om stil te staan bij situaties die zo vanzelfsprekend lijken, maar dat misschien wel helemaal niet zijn. Een paar voorbeelden. Natuurlijk kun je geen Gilette mesjes in de houders van het Kruidvat klikken, of HP-inktpatronen in een Canon-printer schuiven. Dat heeft alles te maken met patentrecht en geld kunnen verdienen aan je uitvinding. Gelukkig kunnen we wel lampen van alle soorten merken in onze fitting draaien. Of banden van allerlei merken op onze auto of fiets monteren. Die zijn dan ook makkelijker te repareren en daarmee dus ook duurzamer. De fittingen en banden hebben standaardmaten en zijn daardoor interoperabel. Het is begrijpelijk dat mensen aan hun uitvinding willen verdienen en er voor zorgen dat anderen er niet mee aan de haal gaan. Maar deze bescherming heeft naar mijn mening ook zijn grenzen. Te veel op patentrecht leunen zorgt ervoor dat onze samenleving op kosten gejaagd wordt, en onze aarde extra vervuild wordt, omdat voor ieder uitvindinkje een apart product gemaakt wordt, dat vervolgens bijna niet te repareren valt. Weg gooien is het motto dan, en nieuw kopen bij dezelfde producent, de patenthouder.